Rechtbank Oost-Brabant staat inzage toe in persoonsgegevens van gebruiker Bitcoin wallet na fraude
19 augustus 2024In een recente uitspraak heeft Rechtbank Oost-Brabant een verzoek tot inzage in de persoonsgegevens van een bitcoin wallet gebruiker betrokken bij een fraudezaak toegewezen. De zaak betreft een verzoeker die slachtoffer werd van fraude en zijn bitcoin ter waarde van € 413.495 verloor.
Feiten
In 2010 heeft verzoeker door middel van mining 13 bitcoin verkregen. In februari 2021 ontving hij via Twitter een bericht dat leek te zijn verzonden door Elon Musk. In het bericht stond dat Verzoeker kon deelnemen aan een actie van Musk waarbij hij door zijn eigen bitcoin te versturen aan Musk kans kon maken op extra bitcoin. Het versturen van de eigen bitcoin zou risicoloos zijn want Musk garandeerde dat wanneer hij geen extra bitcoin won, hij zijn eigen bitcoin retour zou ontvangen. Verzoeker besloot deel te nemen aan de actie en verstuurde 9,09 bitcoin naar het in de actie genoemde adres. Het bleek een scam. De website waarnaar verwezen werd in het bericht was inmiddels offline, verzoeker ontving geen extra bitcoin en het retourneren van de door hem gedeelde bitcoin bleef uit. De 9,09 bitcoin vertegenwoordigden op 18 februari 2021 een waarde van € 413.495.
Verzoeker heeft daarop het onderzoeksbureau CNC Intelligence opdracht gegeven een technisch-forensisch opsporingsonderzoek uit te voeren. Uit het “bitcoin analysis report” van CNC Intelligence blijkt dat het “uitcashen” van verzoeker’s bitcoin plaatsvond via twee “wallets”; een zogenaamde “hot wallet” (een verzameladres) van Binance en via een persoonlijke wallet van een klant van Binance. Binance is een groot internationaal exchange platform voor cryptovaluta. Beiden wallets bleken nagenoeg leeg waardoor beslaglegging zinloos zou zijn.
Verzoek
Om zijn schade te kunnen verhalen, althans de voor de schade aansprakelijke persoon te kunnen traceren, heeft verzoeker de rechtbank verzocht om – ex art. 843a Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) – Binance te veroordelen om binnen 14 dagen na de te geven beschikking de bij haar bekende identificerende gegevens te verstrekken van de perso(o)n(en) op wiens naam het unieke bitcoinadres stond. Verzoeker stelt dat hij recht en belang heeft bij het verkrijgen van de naam- en adresgegevens en geboortedatum van de gebruiker(s) en een kopie van het document waarmee Binance de identiteit van de betreffende perso(o)n(en) heeft vastgesteld.
Verweer
Binance stelt dat zij alles zal doen wat redelijkerwijs van haar verwacht kan worden om strafbare feiten tegen te gaan. Tegelijkertijd dient Binance zich aan de wet- en regelgeving op het gebied van de bescherming van persoonsgegevens te houden en kan zij daarom niet zonder meer de persoonsgegevens van haar klanten met derden delen. In dit verband acht Binance het relevant dat haar klant op haar beurt mogelijk ook slachtoffer is van strafbare feiten. Een zorgvuldige belangenafweging moet daarom plaatsvinden, reden waarom Binance zich op dit punt refereert aan het oordeel van de rechtbank. Binance voert wel verweer tegen het verstrekken van de kopie van het document waarmee zij de identiteit van de gebruiker(s) van de wallet heeft vastgesteld. Nu een dergelijk afschrift nadat de NAW-gegevens zijn verstrekt geen extra (red. voor verzoeker noodzakelijke?) gegevens toevoegt, zou het belang van de klant in dit verband zwaarder moeten wegen, zo stelt Binance.
Oordeel rechtbank Oost-Brabant
Verzoeker heeft voldoende onderbouwd gesteld dat de gebruiker van de wallet onrechtmatig jegens hem heeft gehandeld. Nu gesteld, noch gebleken is, dat er ook een minder ingrijpende mogelijkheid bestaat voor Verzoeker om de identiteit van de gebruiker te achterhalen, heeft Verzoeker een rechtmatig belang bij het verkrijgen van de gegevens zodat hij een procedure tegen deze persoon kan starten. Voorts is het verzoek voldoende specifiek gericht op bepaalde specifieke bepaalde bescheiden. Een verzoek ex art. 843a Rv vereist bovendien dat de verzoeker partij is bij de rechtsbetrekking aangaande de specifieke bescheiden. Rechtsbetrekking in dit verband wordt breed uitgelegd en omvat niet alleen overeenkomsten maar ook verbintenissen uit de wet zoals de onrechtmatige daad, mits de rechtsbetrekking voldoende aannemelijk is gemaakt (Hoge Raad, 10 juli 2020). De rechtbank is van oordeel dat Verzoeker voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat hij een vordering uit onrechtmatige daad heeft jegens de gebruiker van de wallet en/of diens achterman. Ten slotte is het verzoek gericht tegen de partij die de bescheiden onder zich heeft, zijnde Binance.
De belangenafweging die in dit geval moet plaatsvinden tussen het belang van de gebruiker van de wallet bij anonimiteit en het belang van verzoeker bij het verhalen van zijn schade, valt uit in het voordeel van verzoeker. Daarbij wordt meegenomen dat verzoeker geen andere mogelijkheid heeft om de gegevens te achterhalen en tevens dat verzoeker onderbouwd heeft gesteld dat de gebruiker bij een of meerdere misdrijven betrokken is.
Gezien het voorgaande wijst de rechtbank het verzoek voor zover dat betrekking heeft op het verstrekken van de voornamen, achternaam, geboortedatum en het laatst bekende woonadres toe. Een afschrift van een identiteitsbewijs van de gebruiker hoeft Binance niet te verstrekken. De rechtbank volgt Binance in haar verweer in dit verband en stelt dat het identiteitsbewijs geen gegevens bevat die voor verzoeker noodzakelijk zijn noch proportioneel. Het verzoek is op dit onderdeel afgewezen.
Meer informatie of vragen?
Neem gerust contact op met Caro Mennen, telefonisch bereikbaar via 088 627 22 20 of per e-mail via caro.mennen@pellicaan.nl, of een van onze andere collega’s van het privacyteam van Pellicaan Advocaten.
Bronvermelding
Caro Mennen is auteur voor Sdu. Dit artikel is gepubliceerd in Sdu OpMaat algemeen, OpMaat privacyrecht basis en OpMaat Privacyrecht Plus.