Het vriest 's nachts en nu voor een deel ook overdag. Dit heeft uiteraard gevolgen voor de bouw. Het zou kunnen zijn dat er deze winter enige tijd niet meer buiten kan worden gewerkt.

Vorig jaar is er in de bouwsector een nieuwe cao afgesproken. In deze cao is de eigen risicoperiode in het kader van de vorstregeling voor deze winterperiode verlaagd van 15 dagen naar 5 dagen. Reden is dat de bouwsector de afgelopen jaren voldoende premie heeft opgebouwd in het sectorfonds Bouwbedrijf. Daarmee kan nu het aantal eigen risicodagen in de ‘Vorst WW-regeling’ (artikel 74 van de cao) worden verlaagd. Zo komt de door de bedrijven in de bouw- en infrasector afgedragen premie ook weer ten goede aan een deel van de ondernemingen die de premie hebben opgebracht.

De verlaging van het aantal dagen betekent dat het risico van vorst voortaan de eerste 5 dagen (in plaats van de eerste 15 dagen) voor rekening van de werkgever komt. Wanneer er op deze dagen niet kan worden gewerkt, betaalt de werkgever het loon voor 100% door.

UWV

Voor de vorstdagen boven het aantal van 5, kan de werkgever namens de werknemer bij het UWV een WW-uitkering aanvragen. meer informatie leest u hier.

De werkgever betaalt de werknemer vervolgens een aanvulling op de WW-uitkering tot 100% van het loon. De verplichting tot het melden van vorstdagen via de daarvoor beschikbare formulieren blijft wel een voorwaarde voor een geldig beroep op vorst-WW.

Indien de werkgever geen gebruik maakt van de wettelijke voorziening of de aanvraag door het UWV wordt afgewezen, heeft de bouwvakker recht op 100% van zijn laatstverdiende loon. Vorstverlet komt namelijk op grond van artikel 7:628 BW voor rekening en risico van de werkgever.

Vragen?

Heeft u vragen over de toepassing van de vorstregeling in de bouwsector, neemt u dan gerust contact met ons op.